Leidinggevenden zorgen voor onveilige werksituaties, dankzij compromitment

Er zit een wetmatigheid in hoe mensen omgaan met het falen van anderen: het compromitmenteffect. En dit effect bepaalt sterk hoe we vooruitkomen (of niet) in ons werk.

In ons werk worden we vaak beoordeeld op en beloond voor gedrag. Dit gaat ervan uit dat leidinggevenden voldoende in staat zijn om het gedrag van hun medewerkers op waarde te schatten. Bovendien weten veel leidinggevenden tegenwoordig dat mensen vrijheid nodig hebben en leren van fouten. Dus is zelfstandigheid het devies en het motto: fouten maken mag.

Maar de beoordeling van fouten wordt bepaald door de mate van compromitment: de mate waarin iemand zich gecommitteerd heeft aan een ander, gecombineerd met de mate waarin iemand gecompromitteerd wordt door die ander. Als er van beide veel sprake is, dan zit je in een awkward situatie aan elkaar vast. Maar als er laag commitment is, kan een gecompromitteerd iemand de ander zomaar laten vallen als een baksteen.

De vrijheid in ons moderne werk maakt beoordelen en belonen daarom vaak onbetrouwbaar en psychologisch onveilig. Vandaar dat medewerkers en leidinggevenden elkaar juist méér moeten opzoeken naarmate ze mínder met elkaar te maken hebben.

Medewerkers en leidinggevenden moeten elkaar meer opzoeken naarmate ze minder met elkaar te maken hebben.

Ik mocht ter viering van het dertigjarig bestaan van een bedrijf een groep van ongeveer negentig mensen iets vertellen naar aanleiding van mijn boek. Dat doe ik vaker. Deze keer ging ik echter faliekant de mist in. Het was pijnlijk. En het was leerzaam te zien hoe verschillende mensen daar verschillend mee omgingen.

Ik had bedacht dat ik mijn optreden zou beginnen met een experiment. Vier vrijwilligers zouden op het podium met behulp van een online pollprogramma vragen beantwoorden.

Dat kwam er alleen amper van.

De internetverbinding was langzaam. En een van de vrijwilligers kwam met haar telefoon niet op de juiste pagina. Als gevolg daarvan stonden we met z’n vijven wat te prutsen en te mompelen terwijl negentig mensen eerst geïntrigeerd toen geamuseerd en toen onrustig werden. En sommigen raakten tenslotte geïrriteerd.

Degenen die ik het meest geïrriteerd zag worden waren de twee organisatoren van het event. Op de voorste rij spraken ze met elkaar met handen voor de mond en steelse blikken mijn kant op.

Zonder me aan te kijken klopte hij me afwezig op de schouder en liep naar de borrellocatie.

Na een half uur – waarin ik het met humor gered heb, zoals iemand later zei – plofte ik neer op de stoel naast een van de twee organisatoren, ‘Frits’. Frits keek me niet aan en zei niets. Hij bleef met zijn rug van me afgewend zitten terwijl hij naar zijn collega luisterde die het woord van me over had genomen. (Die laatste begon overigens zijn verhaal met de woorden: ‘Gaaf, gaaf…’ waarmee hij leek te doelen op mijn optreden.)

Toen het plenaire gedeelte afgelopen was en het tijd was op te staan, wist Frits een ‘dankjewel’ te mompelen. Zonder me aan te kijken klopte hij me afwezig op de schouder en liep naar de borrellocatie.

Op de borrel sprak ik ook de tweede organisator, ‘Philip’ – die van ‘gaaf, gaaf…’ Hij leek een stuk minder moeite te hebben met mij. Hij bedankte me voor mijn bijdrage en zei lachend dat hij eerst dacht dat mijn blunder bij de act hoorde. ‘Klote,’ zei Philip, ‘maar dat kan nou eenmaal gebeuren.’

Thuis aangekomen vertelde ik het verhaal van mijn optreden. Mijn vriendin zei dat ze voor me baalde maar ervan overtuigd was dat ik het goed had gedaan. Ze had het verhaal eerder van me gehoord en ze zei te weten dat het echt een mooie boodschap was. Ze twijfelde niet aan mijn kunnen.

Compromitment is de mate waarin iemand zich gecommitteerd heeft aan een ander, gecombineerd met de mate waarin iemand gecompromitteerd wordt door die ander.

Drie mensen, drie reacties. Natuurlijk is het verschil in reactie voor een deel te verklaren door het verschil in persoonlijkheid: Frits leek me al een wat stiller type, Philip is in mijn ogen de wat meer positief ingestelde man en mijn vriendin Kim heeft altijd een pleister op de wonde klaar.

Maar persoonlijkheid is maar een déél van de verklaring. Compromitment is een even zo belangrijk of misschien wel het belangrijkste deel.

Compromitment is de mate waarin iemand zich gecommitteerd heeft aan een ander, gecombineerd met de mate waarin iemand gecompromitteerd wordt door die ander.

Hoe meer gecommitteerd, hoe meer ondersteunend. Neem Kim. Haar ken ik al zeventien jaar en ze helpt me altijd met mijn presentaties. Dat zij me blijft steunen mag geen wonder heten.

Interessanter is het verschil tussen Frits en Philip.

Ik was de dronken neef die op het familiefeestje op tafel klimt.

Ik kende Frits en Philip allebei niet vóór dit avontuur. De kennismaking en de intake voor het praatje had ik eind maart met hen beiden gedaan. Tot half juni, tijdens de verdere voorbereidingen, had ik alleen contact gehad met Philip. Met hem was er daardoor een soort gelegenheidsverbond ontstaan. We gingen dit samen regelen. Toen het uiteindelijk op het moment suprême fout ging, was dat commitment niet meteen verdwenen.

Met Frits had ik echter amper een relatie. Was voor Philip mijn optreden vermoedelijk in eerste instantie een gezamenlijke onderneming die fout ging, voor Frits was ik vooral een gênante vertoning op zíjn feestje.

Want dat was het compromitterende deel: met mijn mislukte experiment creëerde ik een ongemakkelijke situatie voor Frits en Philip. Ik was de dronken neef die op tafel klimt op het familiefeestje waar je net je vriend(innet)je voor het eerst mee naartoe neemt.

Voor beiden was het awkward. Maar voor Frits was ik een vaag bekende achterneef, terwijl Philip als het ware daags daarvoor nog met neef Olav de kroeg in was geweest.

Het vreemde aan compromitment: je zou verwachten dat mensen zich meer schamen voor iemand met wie ze nauwer verbonden zijn. Je schaamt je immers meer voor je moeder die gek staat de dansen op je zestiende verjaardag dan voor een wildvreemde die dat doet. Maar de grap is dat je hersenen je schaamte corrigeren voor de mate waarin je je verbonden hébt – vs. de mate waarin je verbonden bént.

Het is een kwestie van commitment.

Is het commitment laag, dan laat iemand de ander voor het minste of geringste vallen als een baksteen.

Speaking of dronken op tafels staan: op een hockeyfeestje waar ik ooit, lang geleden, was klom een jolige en dronken hockeyer op een statafel. Zijn ploeggenoten moedigden hem juichend en springend aan. Tot hij zijn sport- én onderbroek uittrok.

Wat hij (hopelijk) niet wist was dat hij in z’n broek gepoept had. Zijn vrienden wisten het tot op dat moment ook niet. Toen ze de over zijn billen geveegde diarreesporen zagen verstomde hun gejuich, verstilde hun springen en keerden ze zich van hem af.

De gêne en het risico om gecompromitteerd te worden waren te groot. En het commitment met hun teamgenoot was, na een bier of twintig, niet groot genoeg meer.

En dus is het compromitmenteffect: de mate waarin iemand zich afkeert van een ander is afhankelijk van de mate waarin iemand gecommitteerd is aan en de mate waarin hij gecompromitteerd wordt door die ander.

Is iemand meer gecommitteerd dan is er een grotere mate van ‘compromise’ nodig voordat hij zich afkeert van de ander die faalt. Is het commitment laag, dan laat iemand de ander voor het minste of geringste vallen als een baksteen.

De kans op compromitment is grillig en wordt steeds groter. Dit zorgt soort voor onveilige werksituaties. En een paradox.

En het is precies die afhankelijkheid van de mate van compromitment die beoordelingen van en beloningen voor ons werk onbetrouwbaar maakt.

Want wat als je als medewerker zelfstandig werkt? Dan is je leidinggevende weinig betrokken bij wat je doet, dus in de regel minder gecommitteerd. En wat als je dan ook nog iets doet waardoor je leidinggevende zich geneert? Dan voelt hij of zij zich gecompromitteerd.

Maar wat de een oké vindt, vindt de ander gênant. Dacht jij bijvoorbeeld dat je best mag zeggen tegen een klant dat jullie een deadline niet gaan halen? Het kan best zijn dat je baas dat he-le-maal geen goed idee vindt. Of vind jij het oké om tijdens een vergadering je meerdere tegen te spreken? Wie weet is dat iets waar zijn tenen net iets te lang voor zijn.

Medewerkers en leidinggevenden moeten elkaar meer opzoeken naarmate ze minder met elkaar te maken hebben.

De kans op compromitment is dus onvoorspelbaar door persoonlijke verschillen. Daar komt bij dat steeds meer mensen in zelfstandige functies werken. Dat is nou eenmaal de trend: medewerkers verdienen vrijheid, is de gedachte.

Dus de kans op compromitment wás al grillig en wordt óók nog eens steeds groter door de neiging naar vrijheid. Dit zorgt soort voor onveilige werksituaties. En een paradox.

De paradox is namelijk dat medewerkers en leidinggevenden elkaar meer moeten opzoeken naarmate ze minder met elkaar te maken hebben. Op die manier blijft het commitment hoog en weet je van elkaar wat de ander oké vindt en wat gênant.

Want iemand zelfstandig laten werken is één ding, iemand laten vallen iets heel anders.


Olav de Maat is schrijver en consultant (en soms spreker). Hij heeft een boek, een Facebookpagina, een website, een dochter, een hond en een vriendin.


 

Lakse mensen manage je door ze niet te managen

Ik word een ander mens als ik met mijn gezin op vakantie ga. Bedenk, beslis en doe ik in mijn werk eigenlijk alles zelf, als we op vakantie gaan verander ik in een onkundig en onwillig sujet. Wat er dan met mij gebeurt, staat symbool voor hoe vaardige, enthousiaste medewerkers veranderen in onhandige zeurpieten.

Het begint allemaal met het feit dat ik me een stuk minder druk maak om wat er allemaal geregeld kan worden voor een buitenlandtrip dan mijn vriendin. Bovendien begin ik me later druk te maken.

Als ik nog midden in het alledaagse leven zit, is zij al bezig met het feit dat we weken later een week weg gaan. Naarmate de dagen vorderen, beginnen de lijstjes met niet-te-vergeten-dingen in het huis te verschijnen. Ze verzamelt alvast spullen voor onze dochter, zichzelf en mij, denkt na over de etenswaren die we onderweg nodig hebben en boekt een hotelletje waar we halverwege kunnen overnachten. Had het aan mij gelegen, dan had ik (een paar van) dit soort voorbereidingen een dag of wat van tevoren getroffen en had ik gedacht: zolang we maar onze portemonnee en paspoort bij ons hebben, kan er eigenlijk nooit iets echt fout gaan.

‘Mijn ego krijgt er een andere zorg bij. Dat wordt namelijk niet gezien.’

Omdat het al jaren zo gaat en we al jaren – tot grote irritatie van de ander – aan de ander proberen te bewijzen dat onze eigen instelling de beste is, hebben we het de laatste keren anders geregeld: zij doet haar ding en ik volg haar orders op. En dat werkt goed. Zij kan haar voorbereidingen treffen en ik hoef me nergens druk over te maken. Precies zoals we het allebei willen.

Nou ja… bijna precies.

Vroeger, toen ik nog vrijgezel was, ging ik ook op vakantie. En dat waren leuke tripjes waar ik zelf alles voor regelde. Met andere woorden, ik kan best m’n eigen boontjes doppen. En ik heb ook een eigen wil. Mijn trots en wil krijgen door de gezinsvakantieaanpak een deuk te verwerken. Ja, ik heb geen zorgen over de reis, maar mijn ego krijgt er een andere zorg bij. Dat wordt namelijk niet gezien. Om gezien te worden, laat het van zich horen. En vooral met scepsis: ‘Gaat het allemaal lukken zo?’ ‘Dat past toch nooit allemaal in de auto?’ ‘Heb je hier wel goed over nagedacht?’ En het wordt lui. Ik doe echt níks meer tot ik een order krijg. Want dat was toch de afspraak? ‘Wat moet ik nu doen, baas?’ hoor ik mezelf nu soms zeggen.

Wat bij dat laatste ook meespeelt is dat ik mijn vriendin niet voor de voeten wil lopen. Ik wil haar de ruimte geven om de verantwoordelijkheid te nemen. Dat maakt mijn passiviteit en afwachtendheid alleen maar groter.

‘Mijn vakantierecalcitrantie is niks anders dan de wisselwerking tussen managers en medewerkers.’

Mijn vakantierecalcitrantie is in wezen exact hetzelfde als het effect van de wisselwerking tussen managers en medewerkers. Managers zijn vaak in een managementpositie gekomen omdat ze zich drukker en eerder druk maakten om de dingen die eraan zaten te komen. Initiatief en verantwoordelijkheid nemen, noemen ze dat op het werk. Dat wordt gewaardeerd.

De mensen die op een gegeven moment hun medewerkers werden hadden dat net ietsje minder. Die maakten zich net iets minder en later druk dan hun opgeklommen collega. En toen werd diezelfde collega ook opeens hun manager. Die stelde zich al van nature net iets verantwoordelijker op, en sindsdien werd er ook nog van hem vanwege zijn functie verwacht dat-ie meer verantwoordelijkheid nam.

‘De truc om zelfstandige mensen uit hun laksheid te krijgen is ze niet managen.’

Mensen die prima hun eigen boontjes kunnen doppen en een eigen wil hebben veranderen zo in sceptische luie donders. De truc om ze uit hun terughoudende laksheid te krijgen is simpel om te zeggen maar voor geboren managers niet gemakkelijk te doen: manage ze niet. Als je mensen die prima hun eigen boontjes kunnen doppen en een eigen wil hebben gewoon hun boontjes laat doppen op hun eigen manier, doen ze fantastische dingen.

Zo heb ik laatst een topwintersport gehad. En die had ik met veel plezier helemaal zelf geregeld, tot aan het  kopen van eten voor onderweg en het inpakken van m’n koffer aan toe. Hoe dat kon? Ik ging niet met m’n gezin maar met een paar vrienden.


Disclaimer
Natuurlijk heb ik de anekdotes over mijn vriendin (een beetje) aangedikt voor het effect. Wat ik over mezelf heb geschreven is daarentegen helemaal waar.